Veiligheidsrichtsnoer waterstofdragers

Het veiligheidsrichtsnoer over waterstofdragers gaat specifiek in op importprojecten voor waterstof. Kenmerkend voor deze projecten is het gebruik van chemische verbindingen tussen waterstof en andere chemische elementen (bijvoorbeeld stikstof of koolstof) om transport over grote afstand en in grote volumes makkelijker te maken. De stoffen die hierdoor ontstaan hebben elk verschillende eigenschappen die risico’s met zich meebrengen. De import van waterstof levert naar verwachting een toename (o.a. van transport) van gevaarlijke stoffen op. Het veiligheidsrichtsnoer geeft aan hoe u daarmee om moet gaan.

Generiek richtsnoer Waterstofveiligheid en Aanvullend veiligheidsrichtsnoer voor vier waterstofpilots in de gebouwde omgeving

De Rijksoverheid vindt het belangrijk dat waterstofprojecten nu al plaatsvinden. En dat dit veilig kan in situaties waarin hier nog geen wet- en regelgeving voor is. Dit zijn bijvoorbeeld projecten van regionale netbeheerders met waterstof in de gebouwde omgeving.
De richtsnoeren over waterstof zijn het veiligheidskader voor 4 van dat soort projecten. 2 daarvan vallen onder de Green Deal H2-wijken. Het 'Generiek richtsnoer Waterstofveiligheid' geeft aanknopingspunten over hoe u veilig omgaat met waterstof. Specifiek voor de 4 projecten is er ook het 'Aanvullend veiligheidsrichtsnoer'. Dit richtsnoer geeft invulling aan de gemaakte afspraken binnen de Green Deal H2-Wijken over het borgen van de veiligheid.
Voor deze projecten heeft de Autoriteit Consument en Markt (ACM) gedoogbeleid gemaakt. De richtsnoeren zijn dan ook een tijdelijk beleidskader voor veiligheid. Daarmee zijn ze ook het kader voor het toezicht bij deze projecten.

Metadata

  • Opdrachtgever: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
  • Auteur(s): Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
  • Datum laatste actualisatie 'Veiligheidsrichtsnoer waterstofdragers': 28 mei 2024
  • Datum laatste actualisatie 'Generiek richtsnoer Waterstofveiligheid': 5 oktober 2022
  • Datum laatste actualisatie 'Aanvullend veiligheidsrichtsnoer voor vier waterstofpilots in de gebouwde omgeving': 5 oktober 2022

Met welk doel is het voorbeeld opgesteld?

De Rijksoverheid vindt het belangrijk dat waterstofprojecten nu al plaatsvinden. En dat dit veilig kan in situaties waarin hier nog geen wet- en regelgeving voor is. De richtsnoeren zijn beleidsdocumenten en richten zich op hiaten in overheidsbeleid en in wet- en regelgeving. In de richtsnoeren wordt daarom verder niet uitgebreid stilgestaan bij onderwerpen die al afdoende geadresseerd zijn in bestaand beleid of bestaande wet- en regelgeving. Wel zal bij de aanvullende richtsnoeren de context geschetst worden, ook in relatie tot eventueel al bestaande wet- en regelgeving. Het doel is dat de richtsnoeren eenduidige spelregels bieden, zodat onnodige obstakels en verwarring vermeden worden zolang de hierin geadresseerde zaken nog niet in wet- en regelgeving zijn geregeld.

Op welke type werkzaamheden is het voorbeeld van toepassing?

Doelgroepen voor het richtsnoer zijn zowel overheden (departementaal – dus ook de rijksoverheid zelf -, provinciaal/regionaal en lokaal), als initiatiefnemers die plannen hebben met waterstofdragers.

Veiligheidsrichtsnoer waterstofdragers
Wat kan de gebruiker leren van het voorbeeld?

Dit richtsnoer gaat zowel in op bestaande activiteiten waarbij sprake is van een veranderende schaal (zoals op- en overslag van ammoniak) als op nieuwe activiteiten, denk aan op- en overslag van LOHC’s en vloeibare waterstof en conversie van waterstofdragers.

Het richtsnoer gaat allereerst in op bestaande wet- en regelgeving, voor zover relevant. Niet voor alle bestaande en bekende activiteiten wordt uitputtend het huidige juridische kader geschetst, omdat verondersteld mag worden dat de doelgroep deze al kent. Verder geeft dit richtsnoer opvattingen van de rijksoverheid over de behoefte aan nieuw beleid, wet- en regelgeving, en doet het aanbevelingen hoe met nieuwe of tijdelijke situaties om kan worden gegaan. Hierbij is specifiek aandacht voor de wijze waarop de omgeving betrokken wordt bij het in beeld brengen van de impact van nieuwe activiteiten.

Wat is er bekend over de juridische borging van het voorbeeld?

Het richtsnoer ‘Veiligheidsrichtsnoer waterstofdragers’ heeft geen directe juridisch bindende werking. Dit betekent dat de rijksoverheid niemand kan dwingen zich te voegen naar dit richtsnoer, maar merk op dat veel regulering waarnaar verwezen wordt in dit richtsnoer wel een wettelijke status heeft. Bij afwezigheid van andere kaders kan het richtsnoer ook betrokken worden bij toetsing door een rechter in specifieke gevallen. Het richtsnoer is niet gericht op individuele projecten of lopende vergunningaanvragen. Het richtsnoer is er wel op gericht om grip te krijgen op de (langere termijn) impact op de omgeving van meerdere ontwikkelingen in een gebied. Het is wenselijk dat bedrijven die nu al een vergunningaanvraag hebben lopen of onlangs hebben afgerond voor activiteiten die binnen de scope van het richtsnoer vallen, betrokken worden bij de zaken die in het richtsnoer beschreven staan, zoals eventuele verkenningstrajecten t.a.v. omgevingsveiligheid en doorvoer.

Generiek richtsnoer Waterstofveiligheid en Aanvullend veiligheidsrichtsnoer voor vier waterstofpilots in de gebouwde omgeving
Wanneer en waar is het voorbeeld toegepast? 

‘Generiek richtsnoer voor het omgaan met de veiligheidsrisico’s van waterstof in de energietransitie’ vormt samen  met ‘Aanvullend richtsnoer waterstofpilots in de gebouwde omgeving’ het bedoelde tijdelijke beleidskader voor de beoogde vier pilots gericht op het verwarmen van woningen op waterstof (en mogelijk voor andere vergelijkbare pilots, mochten die zich aan gaan dienen).

Op dit moment zijn er een viertal pilots die mede door regionale netbeheerders geïnitieerd zijn en die zich richten op het verwarmen van woningen met waterstof in de gebouwde omgeving. Dit betreffen de volgende:

  • Pilot in Lochem: 12 woningen, een project van onder andere Alliander & Liander, waarbij sprake is van een tijdelijke situatie voor enkel de duur van de pilot. Het waterstof wordt hier aangeleverd via tubetrailers, beoogde start is begin oktober 2022. Bijzondere aan deze pilot is dat de bewoners mede-initiatiefnemer zijn.

  • Pilot in Wagenborgen (gemeente Eemsdelta): 50 tot 60 woningen, een project van onder andere Enexis, waarbij eveneens sprake is van een tijdelijke situatie voor de duur van de pilot. Waterstof wordt geproduceerd met een elektrolyser op een boerenerf buiten de woonkern. De bewoners hebben individuele keuze om wel of niet deel te nemen. Beoogde start is in 2023.

  • Pilot in Hoogeveen: dit is een van de Green Dealpilots. Het betreft een project van onder andere Rendo, waarbij in de eerste fase 100 nieuwbouwwoningen worden aangesloten op waterstof, en in de tweede fase 100 bestaande rijtjeshuizen. Waterstof zal in eerste instantie aangeleverd worden via tubetrailers, maar ook hier is productie via een elektrolyser beoogd. De bedoeling is dat na de pilotfase het gebruik van waterstof gecontinueerd zal worden door middel van levering via het gasnet. Beoogde start is in 2023.

  • Pilot in Stad aan ’t Haringvliet (gemeente Goeree-Overflakkee): dit is de andere Green Dealpilot. Het betreft een pilot van onder andere Stedin, waarbij het de bedoeling is dat ongeveer 600 woningen via het gasnet voorzien gaan worden van waterstof. Dit betreft dan de gehele woonkern van Stad aan ’t Haringvliet, dat grotendeels bestaat uit verouderde woningtypes. Ook hier is het de bedoeling dat na de pilotfase de levering van waterstof permanent gaat zijn. De beoogde start is in 2025.

Wat is er bekend over de juridische borging van het voorbeeld?

Dit generieke richtsnoer voor waterstofveiligheid in de energietransitie betreft rijksbeleid, en is eerder aangekondigd door de minister van EZK als (tijdelijk) beleidskader voor waterstofveiligheid. Dit generieke richtsnoer is bedoeld om te duiden wat de overheid beschouwt als een verantwoorde manier van het omgaan met waterstofveiligheid. Dit met het oog op een verwachte toename van innovatieve toepassingen van waterstof waar tot nu toe nauwelijks praktijkervaring mee is in Nederland en gezien het belang om geen onnodige belemmeringen voor de energietransitie te veroorzaken.

Dit generieke richtsnoer en de aanvullende richtsnoeren hebben als zodanig niet de status om de opvattingen van de rijksoverheid af te dwingen, maar dienen als richtpunt voor veiligheid bij ontwikkelingen met waterstof in de energietransitie en ter inspiratie voor beleidsmakers bij andere overheden. De richtsnoeren zijn bedoeld voor situaties waarin waterstof niet is meegenomen in wet- en regelgeving, of waarvoor onduidelijk is of deze ook van toepassing is op waterstof, dan wel hoe deze wetgeving geïnterpreteerd kan worden voor waterstof.