De energietransitie is in volle gang en de EOS ontwikkelingen ook. Toch zijn uitvoeringsinstanties niet altijd op de hoogte en daardoor huiverig bij het verlenen van vergunningen, waardoor ontwikkelingen vertragen. Bij overheden is dan ook een grote behoefte aan duidelijkheid op gebied van wetgeving en aan een (gezamenlijke) opbouw van kennis. Bij het bedrijfsleven is er eveneens een grote behoefte aan eenduidige informatie en een betere afstemming met het bevoegd gezag over vergunningverlening.
Dit rapport bevat het resultaat van een studie naar de veiligheid van batterijen in energieopslag systemen (EOS) en de regelgeving hierover.
Metadata
- Opdrachtgever: Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
- Auteur(s): George Koolman, Mohammad Seyfi, Berthy van den Broek, Guido van den Broek Humphrey en Ties Bakker (RHDHV)
- Datum laatste actualisatie: 7 december 2023
Praktijkvoorbeeld
Met welk doel is het onderzoek opgesteld?
Het doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in de gevaren van huidige EOS die de komende vijf tot tien jaar op de markt komen en mogelijkheden om deze gevaren te voorkomen of beperken.
Daarnaast is de wet- en regelgeving om de gevaren van huidige EOS te beheersen geanalyseerd. De drie analyses zijn als deskstudie uitgevoerd, aangevuld met meerdere interviews om de bevindingen te toetsen en ondersteunen. Hierna is een overall analyse uitgevoerd om tot conclusie en aanbevelingen te komen.
Scope:
Binnen de scope van dit onderzoek vallen:
- Mobiele en stationaire batterijen voor EOS met grootverbruik aansluitingen op het elektriciteitsnet (standalone) en in combinatie met energieverbruik/-opwekking.
- Batterijen binnen de definitie van de batterijenverordening;
- EOS batterijen geproduceerd op een industriële schaal, nu beschikbaar en in de komende 5 tot 10 jaar op de markt verwacht.
Buiten de scope valt kleinschalige energieopslag zoals huishoudelijke en mobiliteitstoepassingen van batterijen. Ook andere energieopslag systemen zoals fysische energieopslag en EOS zonder elektrische toepassingen of weinig impact op de Nederlandse energietransitie vallen buiten het onderzoek. Wij geven in de rapporten aan welke toepassingen wel dan niet zijn beschouwd en wat de reden daarvan is. Eveneens zijn de batterijproductie, de opslag van batterijen die niet in gebruik zijn en de levering van de benodigde materialen uitgesloten.